
In de Alumni Estafette laten we Talenten aan het woord die het traineeship inmiddels hebben afgerond. De opdrachtgevers die door deze Talenten zijn geholpen zijn waarschijnlijk hoogst nieuwsgierig naar hoe het hen vergaat. Zoals de naam van de rubriek al doet vermoeden, is het een estafette waarbij alumni het stokje doorgeven aan een andere alumnus. De laatste vraag is dan ook: als je één vraag mag stellen aan een andere alumnus van Talent for Care voor het volgende nummer, wie gaat dit dan worden en wat wil je diegene vragen?
Martijn Ooms heeft het stokje overgedragen aan alumni Renée Gunnewijk. Renée werkt als maatschapsmanager bij de Maatschap Chirurgie Midden- Brabant. Ze is bij deze maatschap in september 2012 als laatste opdracht van haar traineeship aan de slag gegaan met de uitdaging om de functie en het profiel van de maatschapsmanager te creëren.
Inmiddels werk je bijna vier jaar bij de Maatschap Chirurgie Midden- Brabant. Kan je wat vertellen over de uitdagingen waar je mee te maken krijgt? En wat geeft je energie in je werk?
Allereerst trekt het mij dat geen enkele dag hetzelfde is. Als maatschapsmanager ben ik als enige niet-dokter binnen de maatschap van dichtbij betrokken bij de zorg en vanuit die rol krijg ik met verschillende belangen te maken. Zo speel ik een belangrijke rol in de informatievoorziening van de Maatschap richting het ziekenhuis en vice versa. Deze informatie gebruik ik met name voor de totstandkoming van beleid.
Als maatschapsmanager probeer ik toekomstbestendige, duurzame beslissingen tot stand te brengen tussen het ziekenhuis en de Maatschap. De Maatschap bestaat uit 20 chirurgen, die werkzaam zijn op verschillende vestigingen van het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis. Ook op logistiek gebied hebben we te maken met uitdagingen. Chirurgen zijn op verschillende vlakken gespecialiseerd en zodoende verschillend inzetbaar.
“Je kunt nog meer bereiken, door je kwetsbaarheid te laten zien”
Hoe kijk je terug op je Talent for Care tijd?
Mijn Talent for Care periode was voor mij een erg leerzame periode. Allereerst heb ik veel gehad aan Leiderschap I. Dit is een meerdaagse training gericht op het verleggen van je grenzen en op persoonlijke ontwikkeling. Hoewel ik van nature graag wil laten zien wat ik in huis heb, heb ik tijdens deze training geleerd dat je door kwetsbaarheid nog meer kan bereiken.
Daarnaast waardeerde ik het traineeship vanwege het feit dat je door training en intervisie even los komt van je dagelijkse werkzaamheden. Dit stelt je in de gelegenheid om vanaf een bepaalde afstand naar je werk te kunnen blijven kijken. Op de trainingen wordt je vervolgens geïnspireerd om je werk met een bepaalde insteek vorm te geven.
Heb je in je dagelijkse werkzaamheden nog profijt van datgene dat je geleerd hebt in het traineeship?
Tijdens het traineeship word je geconfronteerd met diverse persoonlijkheden en kwaliteiten van traineegenoten binnen een team. In het traineeship heb ik geleerd om met deze verschillen om te gaan of juist te te benutten. In mijn dagelijks contact met de verschillende chirurgen maak ik hier nog veel gebruik van. Iets anders dat ik geleerd heb – en waar ik nog veel gebruik van maak – is het (blijven) stellen van vragen ter verduidelijking. Ook ben ik me ervan bewust geworden dat het belangrijk is om tijd te maken voor een drinken van een kop koffie met een collega of om een praatje te maken met één van mijn secretaressen.
Technologische ontwikkelingen en de toenemende beweging richting zelfzorg hebben veel invloed op het vak, de rol en aanzien van artsen. Wat gaat er naar jouw idee voor artsen veranderen in de komende decennia?
De chirurgen uit de Maatschap zijn zich bewust van de vele (technologische) ontwikkelingen binnen de zorgsector. De artsen uit mijn Maatschap vinden deze ontwikkelingen niet bedreigend, maar willen graag vooruit. Echter, het blijft lastig om in te schatten wanneer bepaalde ontwikkelingen beschikbaar zijn. Zo zal een bariatrische ingreep (een operatie ter behandeling van overgewicht) vroeg of laat vervangen worden door het slikken van een pilletje. De ontwikkelingen worden nauwgezet gevolgd, maar tot die pil er is worden deze behandelingen uitgevoerd en verder ontwikkeld. Andere ontwikkelingen die spelen bij artsen is de discussie of artsen zelfstandig blijven of in loondienst gaan. Daarnaast is de rol van de arts in de afgelopen decennia ook veranderd. Zo is er meer aandacht gekomen voor de werk-privé balans.
Als je één vraag mag stellen aan een andere alumnus voor het volgende nummer van het magazine, wie gaat dit worden en wat wil je diegene vragen?
Dit wordt dan Corien Zwerver, Programmasecretaris transitie bij Ommelander Ziekenhuis Groningen. Ik zou haar willen vragen of zij zich kan vinden in de stelling dat er buiten de Randstad meer ruimte is voor ondernemerschap dan binnen de Randstad en of zij hier vanuit haar ervaringen voorbeelden van heeft.